Gevolgen voor het dagelijks functioneren
De psychische en emotionele gevolgen van pesten kunnen ernstig zijn en lang aanhouden, zelfs nadat het pesten is gestopt. Veelvoorkomende klachten zijn:
- Verminderde eigenwaarde of zelfhaat
- Angst, paniek of stress in sociale situaties
- Somberheid of depressieve gevoelens
- Problemen met vertrouwen en relaties
- Concentratieproblemen of school-/werkverzuim
- Lichamelijke klachten zoals buikpijn of hoofdpijn
Pesten kan het gevoel geven dat je er niet bij hoort of niet goed genoeg bent. Dit heeft invloed op hoe je naar jezelf kijkt, hoe je met anderen omgaat en hoe je functioneert in het dagelijks leven.
Vaktherapie bij pesten
Vaktherapie biedt een laagdrempelige en ervaringsgerichte manier om met de gevolgen van pesten aan de slag te gaan. In plaats van alleen te praten, werk je met creatieve middelen zoals beeldende kunst, drama, muziek of beweging. Dit helpt je om gevoelens te uiten, ervaringen te verwerken en nieuwe vaardigheden op te bouwen.
In vaktherapie:
- Verwerk je de pijnlijke ervaringen op een veilige en niet-veroordelende manier;
- Oefen je met grenzen aangeven, zelfvertrouwen en weerbaarheid;
- Onderzoek je jouw zelfbeeld en versterk je je identiteit;
- Herstel je het vertrouwen in jezelf en anderen;
- Leer je opnieuw contact maken vanuit kracht in plaats van angst.
De therapie wordt afgestemd op jouw behoeften en tempo. Het gaat niet om artistiek resultaat, maar om jouw persoonlijke ontwikkeling en herstel.
Behandeltraject en werkwijze
Pesten laat vaak diepe sporen na. Kinderen die gepest worden voelen zich buitengesloten, machteloos of onzeker. Ze kunnen zich terugtrekken, verdrietig zijn of juist boos en onbegrepen. Vaktherapie helpt kinderen om deze ervaringen te verwerken, hun zelfvertrouwen te versterken en zich weer zekerder te voelen in contact met anderen.
Het behandeltraject begint met een intakegesprek met het kind (afhankelijk van de leeftijd), ouders en/of verwijzer. In dit gesprek brengt de vaktherapeut samen met de ouders in kaart:
- Wat er speelt op school of in de thuissituatie;
- Hoe het kind zich voelt en gedraagt;
- Welke hulpvragen er zijn;
- Wat het kind nodig heeft om zich sterker en veiliger te voelen.
Op basis hiervan wordt een persoonlijk behandelplan opgesteld. Hierin staan de doelen centraal, zoals:
- Het verwerken van pestervaringen
- Het vergroten van zelfvertrouwen
- Leren omgaan met emoties (zoals angst, boosheid of verdriet)
- Sociale vaardigheden versterken
- Eigen grenzen voelen én aangeven
Werkwijze in de therapie
De sessies zijn ervaringsgericht: kinderen gaan actief aan de slag met materiaal, spel of beweging. De therapeut observeert, begeleidt en sluit aan bij wat het kind laat zien. Alles gebeurt in het tempo van het kind, binnen een veilige en respectvolle setting.
Voorbeelden:
- Bij beeldende therapie ontwerpt een kind een veilige plek waar het zichzelf kan zijn.
- Bij psychomotore kindertherapie doet het kind een 'Grenzenspel', waarin het leert voelen en aangeven waar zijn/haar fysieke of emotionele grens ligt.
- In dramatherapie wordt gewerkt met een rollenspel om veerkracht en zelfvertrouwen te herstellen.
- Bij muziektherapie leert een kind met klanken emoties te uiten, zonder dat er gepraat hoeft te worden. Of een lied componeren dat kracht oproept.
Vaktherapie bij kinderen die gepest worden is meestal kortdurend, met regelmatige evaluaties met ouders en/of school (in overleg). Doelen worden samen bijgesteld of afgerond. Soms wordt de therapie afgesloten met een eindopdracht waarin het kind laat zien wat het heeft geleerd – bijvoorbeeld een collage, een presentatie of een spel.
