Hechtingsproblematiek
Voor een kind is het van belang dat het een goede relatie met zijn verzorgers ontwikkelt en dat hij erop kan vertrouwen dat er voor hem gezorgd wordt. Als een baby huilt, wordt hij opgepakt en getroost; als hij honger heeft, wordt hij gevoed en als hij iets nieuws kan, wordt hij geprezen. Met die veiligheid als basis durft een kind de wereld om zich heen te ontdekken. Niet alle kinderen groeien op in een omgeving waarin zorg en aandacht vanzelfsprekend zijn. Als een kind opgroeit in een gezin waarin basale zorg ontbreekt, waarin de ouder niet aanvoelt wat een kind nodig heeft of door eigen problematiek afwezig is of onvoorspelbaar reageert, is dit voor een kind een onveilige omgeving om op te groeien. Het vanzelfsprekende vertrouwen dat kinderen in hun ouders hebben, komt niet of minder op gang en daarmee ook het vertrouwen in het eigen kunnen. Het kind leert onvoldoende hoe het op een veilige en gezonde manier met anderen contact kan maken. Ook het onderscheid tussen prettige en risicovolle contacten kan lastig te maken zijn voor kinderen. Hoewel hechtingsproblemen in de (vroege) jeugd ontstaan, kan dit ook in de volwassenheid grote gevolgen hebben.